Nu het object op de hoogte is van waar de gegevens op de server te vinden is (URL) en hoe ze verwerkt moeten worden (callback functie) kunnen we een AJAX aanvraag naar de server zenden zodat de server de gevraagde gegevens kan doorsturen. In ons voorbeeld:
inhoud.update('','GET');
De methode update van het aangemaakte object start de communicatie met de server. Deze verloopt volautomatisch op de achtergrond.
De update methode gebruikt twee argumenten:
het eerste argument bevat gegevens voor de server; deze gegevens worden met serverscripts op de server verwerkt (zie cursus PHP),
het tweede argument bepaald de gebruikte methode: GET of POST.
GET is eenvoudiger en sneller dan POST en wordt in de meeste gevallen gebruikt.
Gebruikt altijd POST als:
de gegevens altijd rechtstreeks van de server moeten komen (niet in een cache mogen worden opgeslagen) (bij het aanpassen van een bestand of database op de server),
je grote hoeveelheden gegevens moet verzenden (GET kan maximum 1024 tekens doorsturen, POST kent geen limiet),
versturen van gebruikersgegevens (waarin onbekende tekens kunnen staan), POST is robuuster en veiliger dan GET.